Ramon Wernsen

Beurshausses en baisses uit het verleden, heden en toekomst

Van Damrak naar Wall Street en van gulden naar dollar 

Publicatie VPF (2025/73) door Ramon Wernsen, MFP CFP1

Nu al zal het jaar 2025 de geschiedenisboeken ingaan als een van de meest turbulente periodes uit de economische geschiedenis. Financiële markten over de hele wereld reageerden heftig op de aangekondigde importtarieven uit het Witte Huis in Washington DC en beleggers hielden hun hart vast. Zal dit allemaal ooit goed komen? Wees gerust, het antwoord is … Ja! In de lange geschiedenis zijn er al vele crises geweest en er zullen er ook nog meerdere volgen in de toekomst. Het verleden leert ons echter ook dat op de langere ter.mijn aandelen beter presteren dan spaarrekeningen en alle overige beleggingscategorieën, zoals bijvoor.beeld obligaties, vastgoed en goud.2 Als het bloed door de straten loopt moet je kopen, is een oude beurswijsheid. Wie zich hieraan houdt doet goede zaken, dit bewijst de beurs al vier eeuwen lang. Maar veel beleggers denken toch altijd weer: dit keer is het anders... Maar waarom zou dit in de toekomst anders zijn?

1. Inleiding

Nederland heeft een rijke financiële geschiedenis en stond aan de wieg van vele innovaties, waaronder de eerste effectenbeurs, het eerste aandeel, de eerste aandelenhausses en beurscrash, het eerste beleggingsfonds, de Wisselbank als voorloper van de centrale bank en de gulden als belangrijkste valuta van de wereld.

Aandelenbeurzen stellen ondernemingen in staat om kapitaal aan te trekken om hun groei te bekostigen. Zonder groei, geen welvaart en zonder deze beurzen zou er nooit sprake zijn geweest van de bekende multinationals die wij allen kennen uit zowel binnen- als buitenland. Door de eeuwen heen zijn er ondernemingen die komen en gaan. Sommige ondernemingen weten in relatief zeer korte tijd enorm te groeien. Wie had bijvoorbeeld verwacht dat NVIDIA opgericht in 1993 en sinds 1999 beursgenoteerd, drie decennia later zou behoren tot een van de grootste bedrijven ter wereld? Aan de andere kant zijn er bedrijven die de tand des tijds niet weten te doorstaan. Zo is er van de oorspronkelijke twaalf bedrijven waarmee de Dow Jones Industrial Index in 1896 van start ging, geen enkele meer over.3

Onze eigen Amsterdamse effectenbeurs opgericht in 1606 heeft in de afgelopen vier eeuwen als heel veel ups (hausses, vaak aangeduid met een stier) en downs (baisses, vaak aangeduid met een beer) meegemaakt. Toch is er één constante factor te ontdekken: de stier en de beer zullen altijd met elkaar in gevecht blijven waarbij de stier vaker wint dan de beer.4 Als we over de afgelopen decennia de aandelenbeurzen analyseren, dan zien we dat de financiële aandelenmarkten nominaal gezien gemiddeld tot wel 10% per jaar aan rendement teruggeven aan beleggers (incl. herbelegging dividend).5 Echter, deze winsten komen met pieken en dalen, niet in een rechte lijn. Dit was in het verleden zo, net als nu en in de toekomst zal dit niet anders zijn. Gemiddeld genomen stijgen en dalen aandelenkoersen met 0,5% tot 1,5% per dag, maar de (recente) geschiedenis heeft uitgewezen dat dit tijden van hausses en baisses kan oplopen tot 10% of in uitzonderlijke gevallen wel 20% per dag. Door de eeuwen heen zijn er dan beleggers die in paniek hun aandelen verkopen. De emotie van beleggers is van alle tijd en er is geen reden om te denken dat dit in de toekomst anders zal zijn.

2. Gouden Eeuw: 1600-1720

De zeventiende eeuw, de Gouden Eeuw, is mede dankzij de opkomst van de beurshandel een periode van ongekende economische bloei in Nederland.6 Ons land heeft de primeur van de allereerste aandelenemissie ter wereld. Deze vond plaats bij de start van de Gouden Eeuw in 1602 met de emissie van aandelen Verenigde Oost-Indische Compagnie (hierna VOC), destijds het grootste handelsbedrijf ter wereld.7 Ruim vijf jaar later zijn de aandelen VOC in waarde verdubbeld. Niet beleggen, maar speculeren op een nog verdere stijging groeit uit tot volkssport nummer één. Dat dit niet zonder gevaar is ondervinden de speculanten al snel.8 In de periode 1608 tot en met 1610 verliest het aandeel VOC ruim 30% van zijn waarde.9Read more


Doelrisico is belangrijker dan beleggingsrisico

PLAN: magazine voor de financieel planner, juni 2025, Oostdam & Partners

Vraag een willekeurig persoon waar deze het eerst aan denkt bij het woord ‘beleggen’ en de kans is groot dat het antwoord luidt ‘risico’. De term risico heeft bij veel mensen een negatieve connotatie, iets wat ze liever vermijden. Sparen wordt door velen als veilig en risicoarm beschouwd en beleggen als onveilig en risicovol. Dat is geheel ten onrechte. Waar gaat het mis?

Stel dat wij onze cliënten de volgende keuzes geven over wat zij, in het kader van beleggen, onder risico verstaan:
a. De kans bestaat dat een deel van mijn geld verloren gaat.
b. De kans bestaat dat het behaalde rendement onder het verwachte rendement ligt.
c. De kans bestaat dat ik mijn financiële doelstelling niet kan realiseren.

De kans is vrij groot dat de meeste cliënten optie a aanwijzen; optie c wordt weinig gekozen. Blijkbaar wordt bij het afsluiten van een financieel product (lees: het middel) niet automatisch de relatie gelegd met de gewenste uitkomst (lees: het doel van dit product). En daar gaat het mijns inziens mis!

Wat is het ‘doelrisico’?

Mensen sluiten financiële producten af om een of meerdere doelen te verwezenlijken. Bijvoorbeeld het voor velen belangrijkste doel om de levensstijl en de daarbij behorende uitgaven te kunnen voortzetten als zij stoppen met werken, dan wel de koopkracht van hun geld minimaal te behouden. De aandacht zou vooral uit moeten gaan naar de vraag of hun financiële middelen daadwerkelijk hun doelen gaan verwezenlijken. Het niet redelijkerwijs kunnen realiseren van het gewenste doel noem ik ‘doelrisico’.Read more


De principes van beleggen versus de psychologie van beleggers

Vp-bulletin (2025/14)  door Ramon Wernsen, MFP, RFP, CFP1

Het zijn momenteel zware tijden voor beleggers. De uitspraken van president Donald Trump van de Verenigde Staten leiden tot onzekerheden op de wereldwijde financiële markten. Deze onzekerheid vertaalt zich de laatste tijd in rode cijfers op veel beurzen. Beleggers die meerdere malen per dag hun beleggingsportefeuille volgen op hun mobiele telefoon zien sinds enkele weken de waarde van hun portefeuille afnemen en velen vertalen dit in hun hoofd als ‘verlies’. Net als een positieve ontwikkeling van de portefeuille wordt beschouwd als ‘winst’. Maar, zolang niet verkocht wordt is er geen sprake van échte (gerealiseerde) winst of verlies, maar slechts winst of verlies op ‘papier’. Rationeel beschouwd is hier geen speld tussen te krijgen. Maar mensen – en dus ook beleggers – zijn over het algemeen niet rationeel, het zijn emotionele wezens. In dit kader moet het effect van verliesaversie niet onderschat worden. Psychologisch doet verlies ongeveer tweemaal zo veel pijn als winst.2 Zeker beleggers die dit jaar zijn gestart met beleggen en nog weinig goede beursdagen hebben meegemaakt, kunnen gaan twijfelen aan hun keuze om te gaan beleggen. Zal het allemaal wel goed komen …?

1. Inleiding

In dit artikel laat ik aan de hand van een door mij recent uitgevoerde studie zien dat wat nu aan de hand is op de beurzen niet nieuw is. In elk jaar wisselt goed en slecht (beurs)nieuws elkaar af. Daar komt bij dat het aantal positieve beursdagen in een jaar veelal niet heel veel meer is dan het aantal negatieve beursdagen. In de periode 2013 tot en met 2024 bedroeg het gemiddelde aantal negatieve dagen op jaarbasis 117 en het gemiddeld aantal positieve dagen 135. De praktijk leert dat het aantal negatieve beursdagen in een slecht beursjaar niet heel veel meer is dan in een goed beleggingsjaar.
Het slechte beleggingsjaar jaar 2018 kende bijvoorbeeld 118 negatieve dagen en het goede beleggingsjaar 2023, 112 negatieve dagen. Hieruit wordt duidelijk dat het niet gaat om het aantal positieve of negatieve dagen, maar om de werkelijk behaalde rendementen op die dag.

Uit de uitgevoerde studie komt ook naar voren dat als een belegger elke dag naar zijn beleggingen kijkt – hetgeen tegenwoordig met smartphones zeer eenvoudiger en aanlokkelijk is – hoe vaker hij verlies ziet in vergelijking met diegenen die bijvoorbeeld maar een keer per jaar naar hun beleggingen kijken. Het elke dag kijken naar de beleggingen kan leiden tot een slecht humeur en stress en te vroege verkoop van de beleggingen. Dit laatste betekent dat het vooraf gestelde financiële doel zeker niet gerealiseerd zal worden. Dit laatste moet voorkomen worden, dit is ook gelijk – naast meer inzicht in de werking van financiële markten – een belangrijk doel van dit artikel.

2. Studie: beleggen in de MSCI Wereldindex

Wanneer we de MSCI International World Price Index analyseren gedurende de periode 9 juli 2012 en 12 maart 2025 dan tellen we 3307 dagen dat de beurs open was.3 Stel dat een belegger € 100.000 had belegd in deze index gedurende deze periode en hij zou geen enkele keer in die ruim 153 maanden, 4200 dagen en 657 weken naar zijn beleggingen hebben gekeken, dan zou hij geen enkele maal verlies hebben ervaren.

Zijn inleg van eenmalig € 100.000 zou zijn aangegroeid tot nominaal € 296.587. Dit komt neer op een (mooi) gemiddeld nominaal rendement van 8,96% per jaar.4 Ter vergelijking had hij hetzelfde bedrag op een spaarrekening gezet dan was zijn inleg aangegroeid naar € 108.200. Dit komt neer op een nominaal rendement van gemiddeld 0,62% per jaar. De rendementen op spaarrekeningen schommelden gedurende de geanalyseerde periode tussen maximaal 2,21% en minimaal 0,01%.5Read more


Hoe profiteer je van een beurscrash? Simpel, overleg met een financieel planner! [deel2]

Publicatie ffp.nl 14 april (2025) door Ramon Wernsen, MFP CFP

De importheffingen die president Trump oplegt aan verschillende landen heeft zijn weerslag op de financiële markten. De angst voor een wereldwijde handelsoorlog vertaalt zich in een daling van de beurskoersen. Veel particuliere beleggers raken hierdoor in paniek en verkopen hun beleggingen. Onderzoek leert dat beleggers die samenwerken met een financieel planner minder financiële stress ervaren. Uit het financieel plan blijkt namelijk dat de huidige (tijdelijke) koersdalingen hun financiële doelen niet direct in gevaar brengen.

Financieel plan houd je op koers

Vooral in onzekere tijden bewijst financiële planning zijn waarde. Als we over de afgelopen decennia de aandelenbeurzen analyseren, dan zien we dat de financiële markten gemiddeld 9 tot 10 procent per jaar aan rendement teruggeven aan beleggers. Echter, deze winsten komen met pieken en dalen, niet in een rechte lijn. Dit betekent dat een keer in de paar jaar aandelenbeurzen met wel 8 procent op één dag kunnen dalen en op weekbasis met wel meer dan 12 procent. In zulke situaties kan het verleidelijk zijn om in paniek je beleggingen te verkopen en je geld op een spaarrekening te parkeren, terwijl ondertussen de aandelenbeurzen alweer aan een opmars bezig zijn. Dit soort emotionele beslissingen schaden je beleggingsportefeuille en hebben tot gevolg dat je financiële doelen in gevaar komen.Read more


Wat te doen bij een beurscrash? Simpel, laat je niet afleiden van je beleggingsdoel! [deel1]

Publicatie ffp.nl 10 april (2025) door Ramon Wernsen, MFP CFP

Het zijn momenteel even zware tijden voor beleggers. De uitspraken van president Donald Trump van de Verenigde Staten leiden tot onzekerheid op de wereldwijde financiële markten. Dit leidt ertoe dat veel beleggers hun aandelen in paniek verkopen en als gevolg hiervan dalen de aandelenbeurzen sterk. Zal het allemaal wel goed komen?

Crashes horen erbij

Financiële crises en crashes zijn al zo oud als de weg naar Rome en zij herhalen zich telkens weer. Ondanks de soms stevig dalende aandelenkoersen, leveren aandelen op de langere termijn een veel hoger rendement op dan bijvoorbeeld obligaties, vastgoed, goud en spaargeld. Het lange termijn rendement op aandelen komt uit op gemiddeld 9 tot 10 procent. Dit is vele procenten meer dan op de andere categorieën. Wel is het zo dat het hier om een gemiddeld rendement gaat. Dit betekent dat per jaar, maand, week en ook per dag de rendementen sterk kunnen verschillen. Read more


Wanneer is er voldoende spreiding: That’s the question?!

Publicatie VPN december (2024/159) door Ramon Wernsen, MFP CFP1& R.G.J. van Beek CFP®2

Een van de basisprincipes van beleggen in het kader van risico’s beheersen, is het spreiden van je beleggingen. Een bekende beurswijsheid, van Nobel Prize Laureate Harry Markowitz is “The only free lunch is diversification”. Door een beleggingsportefeuille te verdelen over meerdere verschillende beleggingen (assets) loop je minder risico. Zeker als de onderliggende beleggingen zo min mogelijk gecorreleerd zijn met elkaar. Ray Dalio, een grote bekende belegger van Bridgewater Hedgefund, noemt in zijn boek, Principles. Spreiding (diversificatie): “The Holy Grail of Investing”. En deze spreiding gaat inmiddels veel verder dan alleen maar een spreiding aanbrengen tussen aandelen en obligaties. Dit is niet anders als je ETF-beleggingen selecteert. Het is belangrijk om goed ‘onder de motorkap te kijken’ want de naam van een index of ETF zegt niet altijd alles. En de ene index is de andere niet. Er zijn diverse spreidingsmogelijkheden zoals type en grootte van bedrijf, sector, regio, landen, …

1. Inleiding

Een wereldwijde aandelen-ETF vormt in veel beleggingsportefeuilles de basis. Een dergelijke ETF belegt in meerdere onderliggende beursgenoteerde bedrijven. Wereld.wijd zijn er zo’n 50.000 beursgenoteerde bedrijven. De meeste bedrijven bevinden zich in China (ca. 12.000), gevolgd door de Verenigde Staten (ca. 4700), Japan (ca. 3800) en Canada (ca. 3500), Zuid-Korea (ca. 2500), Hong Kong (ca. 2400) en India (ca. 2000). Ter vergelijking Duits.land telt ongeveer 400 beursgenoteerde ondernemingen en Nederland en België elk ongeveer 100. Kijkend naar de grootste 100 bedrijven in de wereld op dit moment, dan bestaat de top vijf geheel uit Amerikaanse bedrijven. In de top 25 zijn 20 Amerikaanse bedrijven vertegenwoordigd. De top 100 bestaat uit 61 Amerikaanse bedrijven. De top vijf grootste niet-Amerikaanse bedrijven zijn het uit Saoedi-Arabië afkomstige Saudi Aramco, het Taiwanese TSCM, Novo Nordisk uit Denemarken, Tencent uit China en het Zuid-Koreaanse Samsung.

2. Marktkapitalisatie

China heeft veel meer beursgenoteerde bedrijven dan de Verenigde Staten. Wanneer we echter kijken naar de waarde van deze bedrijven uitgedrukt in de marktkapitalisatie, dan wordt duidelijk dat de waarde van de bedrijven in de Verenigde Staten veel groter is dan die van China. De totale waarde van de aandelenmarkt van een regio, berekend door de prijs van een enkel aandeel te vermenigvuldigen met het totale aantal uitstaande aandelen in US-dollars. De economie van de Verenigde Staten is nog altijd veruit de grootste, op ruime afstand gevolgd door China, Duitsland, Japan, India en het Verenigd Koninkrijk. Read more


ETF’s Insights: bereik je financiële doelen met indextrackers!

Publicatie VPN december (2024/159) door Ramon Wernsen, MFP CFP1& R.G.J. van Beek CFP®2

Onder indexbeleggen wordt verstaan het beleggen in ETF’s. Deze afkorting staat voor Exchange Traded Funds. ETF’s worden in de Euronext-landen ook wel (index)trackers genoemd. Het Engelse woord ‘tracking’ betekent ‘volgen’ en dit is ook precies wat deze beleggingsinstrumenten in de kern doen. Het zo nauwkeurig mogelijk volgen van een index. Beleggen hoeft niet moeilijk te zijn, en je kunt als financial planner perfect met ETF’s de oplossing bieden in het kader van vermogensopbouw om je klanten te helpen hun doelstellingen te realiseren. Of je nu zelf advies over beleggen geeft, of klanten helpt met het bouwen van beleggingsportefeuilles danwel een samenwerking hebt met een beleggingsonderneming. De invulling van de portefeuille wordt traditioneel in Nederland verzorgd door de vermogensbeheerder of beleggingsadviseur. Maar wat als hij of zij dit nu eens zou doen op basis van het door jou opgestelde financieel plan. Beleggen vormt het sluitstuk van je totaal advies. Beleggen hoeft niet altijd te betekenen dat er rechtstreeks in aandelen of obligaties belegd moet worden waarbij 24 op 7, elke minuut van de dag, monitoring van de financiële markten met veel transacties door jou moet plaatsvinden. Op basis van je Nationaal Regime3 kun je perfect een portefeuille in ETF’s samenstellen.

1. ETF’s een groeimarkt

Tussen 1993 en 2003 nam het aantal ETF’s wereldwijd toe tot 276. Eind 2022 stond het aantal al op 8754 en het zal niet lang duren voordat de 10.000-grens bereikt is. Het gaat hier om alle ETF’s in de wereld. Ter vergelijking, het aantal beleggingsfondsen (mutual funds) is ongeveer 140.000 stuks! Morningstar verwacht dat de sector van de Europese ETF’s de komende jaren zal blijven groeien. Als dezelfde ontwikkeling ook hier doorzet net als in de Verenigde Staten, dan lijkt de opmars van trackers niet te stuiten. Voor menig Amerikaanse (pensioen)belegger is indexbeleggen de standaardbeleggingsoptie geworden.

Read more


De (meer)waarde van een financieel adviseur A+B+C+T= 3,52%

Publicatie VPN oktober (2024/125) door Ramon Wernsen, MFP CFP1

Wat is nu eigenlijk de (meer)waarde van een financieel adviseur? Deze vraag wordt alsmaar belangrijker in een tijd waarin mensen met behulp van onlinetools steeds eenvoudiger en goedkoper hun financiële zaken zelf kunnen regelen. Tijdens mijn bezoeken aan het FPA-congres in de Verenigde Staten merkte ik op dat er veel aandacht bestaat voor vragen, zoals: Why work with a financial planner? What is the Value of an Advisor? Hier wordt dan ook regelmatig onderzoek naar gedaan in Noord-Amerika. In dit artikel wordt ingegaan op deze onderzoeken en de uitkomsten hiervan.

Inleiding

In landen als de Verenigde Staten en Canada vragen financieel adviseurs en planners voor hun dienstverlening als vergoeding een percentage van de waarde van het belegde vermogen (de zogeheten asset under management fee). De gemiddelde AUM-fee bedraagt 1% per jaar, hetgeen in de praktijk inhoudt dat cliënten met een kleiner belegd vermogen een hogere fee moeten betalen tot wel 2% en cliënten met een groter belegd vermogen een kleinere fee tot zo’n 0,5%.2 Opgemerkt moet worden dat uit dit bedrag (veelal) ook de overige dienstverlening die valt onder het ‘proces van financiële planning’ wordt bekostigd. De cliënt ontvangt hier dus geen aparte factuur meer voor. De voorwaarde voor een dergelijk beloningsmodel is dan ook dat het door de cliënt bij de adviseur belegde vermogen een bepaald minimum kent.

Het mag duidelijk zijn dat een dergelijk model financieel erg aantrekkelijk kan zijn voor de adviseur en bovendien leidt tot een jaarlijks terugkerende vergoeding (retainer). Vanuit een cliënt gezien kan de vraag worden gesteld: waarom zou deze zijn adviseur gemiddeld 1% over zijn belegde vermogen betalen als hij ook via een online beleggingsplatform veel goedkoper kan beleggen. Deze vraag staat centraal in dit artikel en wordt beantwoord aan de hand van onderzoek hieromtrent. Uit de onderzoeken die er zijn heb ik gekozen voor ‘Value of an Advisor study’, uitgevoerd door Russell Investments.3

Read more


ETF INSIGHTS

Bereik je financiële doelen met Indextrackers!

ETF’s kunnen een cruciaal onderdeel zijn van een goed doordachte financiële planning. Door hun flexibiliteit, lage kosten en brede diversificatiemogelijkheden bieden ze een uitstekende basis voor het opbouwen van een portefeuille die past bij je persoonlijke doelen en risicoprofiel. Maar hoe bouw  je dan zo een portefeuille met ETF’s? Op welke details moet je letten?

Dit boek tracht een zo compleet mogelijk beeld te schetsen van alles rond ETF’s en Indexbeleggen. Inclusief stappenplannen, voorbeelden en selecties, zodat je zelf (of met hulp van je adviseur) in staat bent om je beleggingsportefeuille te bouwen die het beste past bij je wensen en doelstellingen! Als je adviseur bent, informeer naar de korting en mogelijkheden van een eigen cover om je klanten dit boek cadeau te geven!


Uitspraak Hoge Raad van belang voor financieel planners

Publicatie VPN augustus (2024/99) door Ramon Wernsen, CFP, E.G. Hoepelman LLM Msc & H.Th.P. van Houdt MFP CFP1

Het ene werkelijk rendement is het andere niet

De Hoge Raad heeft op 6 juni 2024 geoordeeld dat belastingplichtigen hoogstens inkomstenbelasting hoeven te betalen over het werkelijk rendement dat zij hebben behaald en niet over het hoger forfaitair rendement! Belastingplichtigen moeten zelf vragen om de verlaagde belastingheffing wegens het lager werkelijk rendement. De belastingderving zou miljarden bedragen. De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor financieel planners en hun cliënten.

Inleiding

Anders dan in 2001 is er tegenwoordig veel kritiek over de zogeheten spaartaks welke van toepassing is op box 3-bezittingen. We snakken naar een ander stelsel van belasten van vermogensinkomen. In 2015 zei de Staatssecretaris van Financiën: “het verlangen bij ieder is om het systeem van het belasten van werkelijke rendementen zo spoedig mogelijk te realiseren”. 2 In 2017 werd een stap in die richting gezet. In 2017 werd box 3 na zestien jaar voor de eerste maal hervormd en in 2023 volgde een tweede aanpassing naar aanleiding van een Hoge Raad-uitspraak van 24 december 2021 (Kerstarrest). Ondertussen is het de ambitie van de wetgever om vanaf 2027 belasting over het werkelijk rendement te gaan heffen: de zogeheten vermogensaanwasbelasting. Het arrest maakt de urgentie van een andere inkomstenbelastingheffing over vermogensinkomen pijnlijk duidelijk.

In dit artikel wordt allereerst teruggeblikt op de inkomstenbelastingheffing op vermogensrendement, zoals deze gold op basis van Wet op de inkomstenbelasting 1964. Vervolgens komt aan bod de box 3-heffing op basis van de Wet inkomstenbelasting 2001 gedurende de periode 2001 tot en met 2016, de periode 2017 tot en met 2022, het Kerstarrest van 24 december 2021, de aangepaste box 3-heffing per 2023 en de arresten van de Hoge Raad van 6 juni 2024. Verder geven de auteurs hun mening over de recente arresten en wordt er naar aanleiding hiervan een aantal rekenvoorbeelden gegeven. Tot slot wordt in het artikel besproken of vermogensstructurering op basis van de Hoge Raad-uitspraak fiscaal interessant is.

Read more